Uitzettingen met een rentetypische looptijd korter dan één jaar

Uitzettingen zijn bedragen die de gemeente van derden moet ontvangen. De vorderingen hebben een looptijd korter dan één jaar.

Uitzettingen met een rentetypische looptijd korter dan één jaar (Bedragen x € 1.000)	Balanswaarde 31-12-2018	Boekwaarde 31-12-2019	Voorziening oninbaarheid	Balanswaarde 31-12-2019
Vorderingen op openbare lichamen	10.084	9.961	0	9.961
Verstrekte kasgeldleningen	0	0	0	0
uitzettingen in 's Rijks schatkist met een rentetypische looptijd korter dan één jaar	5.500	0	0	0
Rekening-courant verhoudingen met niet-financiële instellingen	5	25	0	25
Overige vorderingen	4.698	6.917	3.050	3.866
Overige uitzettingen	0	0		0
Totaal	20.288	16.902	3.050	13.853

Vorderingen openbare lichamen
De vordering op ‘openbare lichamen’ heeft grotendeels betrekking op de vordering op de Belastingdienst inzake BTW compensatiefonds 2019 van € 9,1 mln. Dit is 1 mln hoger dan in 2018.
Daarnaast is de nog te ontvangen BTW € 0,1 mln hoger dan in 2018.
Deze toename wordt grotendeels gecompenseerd door een afname door de afwikkeling van de verrekening Algemene Uitkering 2018 van € 0,7 mln, de vangnetregeling 2017 van € 0,3 mln, de bommenregeling 2018 en 2019€ 0,1 mln.

Uitzettingen in ’s Rijks schatkist met een rente typische looptijd korter dan één jaar
Vanaf december 2013 is de gemeente Velsen verplicht om overtollige liquiditeiten uit te zetten bij het Rijk (Schatkistbankieren). Indien de gemeente Velsen in totaal meer liquide middelen bezit dan de norm van 0,75 % van het begrotingstotaal (= drempelbedrag), moet de gemeente dit bij de schatkist aanhouden. Het drempelbedrag is gedefinieerd als een gemiddeld bedrag per kwartaal, waarbij alleen de positieve saldi meetellen. In 2019 heeft de gemeente zich aan de limiet gehouden. Op 31 december 2019 stonden er geen gelden uit bij de schatkist.

Berekening benutting drempelbedrag schatkistbankieren
(bedragen x € 1000)
		Verslagjaar			2019
(1)	Drempelbedrag	1.337
		Kwartaal 1	Kwartaal 2	Kwartaal 3	Kwartaal 4
(2)	Kwartaalcijfer op dagbasis buiten 's Rijks schatkist aangehouden middelen	1.018	1.027	907	812
(3a) = (1) > (2)	Ruimte onder het drempelbedrag	325	316	436	531
(3b) = (2) > (1)	Overschrijding van het drempelbedrag	-	-	-	-
(1) Berekening drempelbedrag		Verslagjaar
(4a)	Begrotingstotaal verslagjaar	178.226
(4b)	Het deel van het begrotingstotaal dat kleiner of gelijk is aan € 500 miljoen	178.226
(4c)	Het deel van het begrotingstotaal dat de € 500 miljoen te boven gaat	-
(1) = (4b)0,0075 + (4c)0,002 met een minimum van €250.000	Drempelbedrag	1.337
(2) Berekening kwartaalcijfer op dagbasis buiten 's Rijks schatkist aangehouden middelen		Kwartaal 1	Kwartaal 2	Kwartaal 3	Kwartaal 4
(5a)	Som van de per dag buiten 's Rijks schatkist aangehouden middelen (negatieve bedragen tellen als nihil)	91.592	93.447	83.482	74.688
(5b)	Dagen in het kwartaal	90	91	92	92
(2) - (5a) / (5b)	Kwartaalcijfer op dagbasis buiten 's Rijks schatkist aangehouden middelen	1.018	1.027	907	812

Overige vorderingen
De overige vorderingen zijn € 0,8 mln lager dan in 2018. Dit komt doordat de saldi voor alle debiteurensoorten aanmerkelijk lager zijn dan vorig jaar. Bij de belastingdebiteuren wordt dit met name veroorzaakt doordat er in 2018 een inhaalslag heeft plaatsgevonden met het oninbaar verklaren van oude vorderingen. Daar staat tegenover dat de voorzieningen dubieuze debiteuren met € 0,6 mln zijn afgenomen.